De Belastingdienst heeft een informatiebrief gestuurd aan iedereen die mogelijk in aanmerking komt voor verder rechtsherstel in box 3. Het gaat om in totaal 2,6 miljoen brieven, waarvan de laatsten begin november verzonden werden.
Box 3-arresten Hoge Raad juni 2024
In juni 2024 oordeelde de Hoge Raad dat u in box 3 het “werkelijke rendement” in aanmerking mag nemen als dit lager is dan het wettelijke forfaitaire rendement. De Hoge Raad gaf daarbij aanwijzingen over hoe het werkelijke rendement berekend moet worden. Zo oordeelde de Hoge Raad bijvoorbeeld dat het gaat om het nominale werkelijk gerealiseerde én ongerealiseerde rendement, zonder rekening te houden met inflatie en zonder aftrek van kosten.
Tegenbewijsregeling
De staatssecretaris gaf nadien een nadere invulling aan de wijze waarop het werkelijke rendement berekend moet worden volgens de aanwijzingen van de Hoge Raad. Deze invulling wordt in een wetsvoorstel opgenomen, waarmee in feite een wettelijke tegenbewijsregeling ontstaat. Op die wettelijke tegenbewijsregeling kunt u een beroep doen als uw wettelijke rendement – berekend volgens de nadere invulling van de staatssecretaris – lager is dan het forfaitaire rendement.
Let op!
Als u in aanmerking komt voor de tegenbewijsregeling, betekent dit niet dat straks per definitie uw box 3-aanslag verminderd wordt. Hiervoor moet uw werkelijke rendement van uw volledige box-3-vermogen lager zijn dan het forfaitaire rendement. Houd er daarbij rekening mee dat wat u wellicht verstaat onder werkelijk rendement anders is dan de invulling die de Hoge Raad daaraan gaf.
Over welke jaren geldt de tegenbewijsregeling?
Per jaar moet bekeken worden of u in aanmerking komt voor de tegenbewijsregeling.
- De jaren 2021, 2022 en 2023:
- De tegenbewijsregeling geldt voor het jaar waarvoor aangifte is gedaan. Dit geldt ook als de definitieve aanslag al is opgelegd, waarbij het niet uitmaakt of tijdig bezwaar is ingediend of dat er geen bezwaar is ingediend.
- Het jaar 2020:
- De tegenbewijsregeling voor 2020 geldt als:
- op of na 24 december 2021 – dat is de datum van het kerstarrest – een definitieve aanslag 2020 is ontvangen, of
- een definitieve aanslag 2020 is ontvangen die op 24 december 2021 nog niet onherroepelijk vaststond.
- Hiervoor is hetzij al een bezwaarschrift ingediend, of uiterlijk 31 december 2025 moet een verzoek tot ambtshalve herziening zijn ingediend.
- Het jaar 2019:
- De tegenbewijsregeling voor 2019 geldt als:
- op of na 24 december 2021 – dat is de datum van het kerstarrest – een definitieve aanslag 2019 is ontvangen, of
- een definitieve aanslag 2019 is ontvangen die op 24 december 2021 nog niet onherroepelijk vaststond.
- Hiervoor is hetzij al een bezwaarschrift ingediend, of uiterlijk 31 december 2024 moet een verzoek tot ambtshalve herziening zijn ingediend
- het jaar 2018
- De tegenbewijsregeling voor 2018 geldt als:
- op of na 24 december 2021 – dat is de datum van het kerstarrest – een definitieve aanslag 2018 is ontvangen, of
- een definitieve aanslag 2018 is ontvangen die op 24 december 2021 nog niet onherroepelijk vaststond.
- Voor het eind van 2023 moet een bezwaarschrift of een verzoek tot ambtshalve herziening zijn ingediend en dit bezwaar of verzoek is nog niet afgehandeld
- het jaar 2017
- De tegenbewijsregeling voor 2017 geldt als:
- op of na 24 december 2021 – dat is de datum van het kerstarrest – een definitieve aanslag 2017 is ontvangen, of
- een definitieve aanslag 2017 is ontvangen die op 24 december 2021 nog niet onherroepelijk vaststond.
- Voor het eind van 2022 moet een bezwaarschrift of een verzoek tot ambtshalve herziening zijn ingediend en dit bezwaar of verzoek is nog niet afgehandeld
Let op: Voor de Hoge Raad ligt nog de procedure ‘massaal bezwaar plus’. Deze procedure betreft iedereen die geen of te laat bezwaar heeft gemaakt over de jaren 2017 tot en met 2020. Als de Hoge Raad oordeelt dat ook niet-bezwaarmakers in aanmerking komen voor rechtsherstel box 3, geldt dat voor iedereen.
Vervolg
Het wetsvoorstel met daarin de wettelijke tegenbewijsregeling wordt naar verwachting in het eerste kwartaal 2025 aan de Tweede Kamer aangeboden. Beoogd is om de wet per 1 juni 2025 in te laten gaan. Het aan het tegenbewijs gekoppelde Formulier Opgaaf Werkelijk Rendement (OWR) is naar verwachting ook medio 2025 gereed. Pas vanaf dat moment kunt u met behulp van dit Formulier OWR uw werkelijke rendement aan de Belastingdienst doorgeven. U ontvangt daarvoor vanaf de zomer van 2025 van de Belastingdienst een uitnodiging met details over de benodigde stappen die u moet nemen.
